Suzie's zelfgegroeide pumpkinEen kennis van mij komt uit Perth, Australië. In een grijs verleden hebben we samengewerkt. Tegenwoordig hebben we alleen nog via Facebook contact, maar dat is voldoende: met haar posts voedt zij (onbewust) mijn enthousiasme voor de Engelse taal.

Groene vingers, zwarte vingers

Eind mei, het was midden in haar winter, oogstte zij haar eerste pumpkin. Bij een foto van een kolossale, door midden gekliefde pompoen, schreef ze: ‘Maybe my thumb isn’t totally black after all!’

Toen ik die foto zag, was mijn eerste reactie: oe, dát ziet er lekker uit. En groot! (zoiets heb ik nog nooit uit mijn tuin gehaald). Mijn tweede: hoezo, een zwarte duim?

Natuurlijk moest ik dit uitzoeken. Wat blijkt? De uitdrukking ‘Having a black thumb’ komt uit Amerika. Het betekent zoveel als: ‘het duidelijke onvermogen om planten te laten groeien.’ (bron) Of, zoals de Urban Dictionary zo mooi omschrijft: ‘A wannabe farmer who kills plants.’

Ik heb niet kunnen achterhalen waarom iemand met een zwarte duim planten laat sterven. Mij dunkt dat als je duim zwart is, je waarschijnlijk veel tijd doorbrengt in de aarde. Practice makes perfect, toch? Maar goed.

Wat ik wél heb gevonden, is het tegenovergestelde van een black thumb: namelijk een green thumb. Het zal geen verrassing zijn dat met deze term groene vingers bedoeld worden. Deze uitdrukking stamt uit de 13e eeuw. De Engelse koning Edward I was verzot op erwten. Zijn bedienden dopten zich ongans en de koning wilde de moed er inhouden. Daarom riep hij regelmatig wedstrijden uit: degene die de groenste duim had van het doppen van de bonen, kreeg een prijs. Afijn, 800 jaar later…

Maar welke groene uitdrukkingen kent de Engelse taal nog meer?

Toen we ons nomadisch bestaan opgaven en van jager-verzamelaar evolueerden naar boer, nam onze woordenschat kennelijk ook een sprongetje. Dat denk ik tenminste, want het aantal uitdrukkingen uit de land- en tuinbouw is enorm. Een kleine greep:

  • That’s not worth a hill of beans – in tegenstelling tot Edward I, vinden de meeste mensen bonen en erwten waardeloos.
  • An apple a day keeps the doctor away – een uitdrukking uit Wales, of all places! Voor het eerst in print gebruikt in 1866 (hoewel ietwat anders dan tegenwoordig gebruikt): Eat an apple on going to bed, and you’ll keep the doctor from earning his bread.”
  • Ants in his pants – Dit zeg je tegen iemand die heel druk is. De uitspraak is inmiddels ook ingekort naar ‘antsy’: rusteloos, nerveus, springerig. Wat zou jij doen als er mieren in je broek zaten?
  • To make hay when the sun still shines – Het ijzer smeden als het heet is. Oftewel: Maak er wat van als je de kans krijgt.
  • After a good night’s sleep, I’ll be as fresh as a daisy – …dan sta je fris en fruitig weer op.
  • To lead someone up the garden path – iemand misleiden. Het idee hierachter is dat een tuin zo mooi is, dat iemand afgeleid raakt. Je kunt hem dan misleiden zonder dat hij het merkt.
  • Budding – in de dop. Bijvoorbeeld: ‘He is a budding businessman, or a budding artist.’ Net als de bloemknoppen, oftewel de flower buds.
    • I have a garden-variety cold – Ik heb kou gevat, maar het is niets ernstigs.
    • Help, I’m in the weeds! – Deze uitdrukking wordt vooral gebruikt in restaurants en cafés en betekent: ik loop achter! Een ober op een terras zegt bijvoorbeeld: ‘I’m in the weeds. Can you wait on (‘bedienen’) the other six tables?’ Deze uitdrukking is ontstaan tijdens de drooglegging in Amerika. Als er een politie inval was, werden glazen en drank snel achter de pub in het gras – the weed – verstopt. Natuurlijk heb je dan geen overzicht meer over de bestellingen.
  • He grows like a weed – hij groeit als kool. Zowel kool als onkruid groeien kennelijk snel.
  • He is a late bloomer – een laatbloeier.
  • Not until the cows come home – Dan kan je wachten tot Sint Juttemis. Al in de 17e eeuw stonden mensen ongeduldig te wachten tot die trage dieren een keer doorliepen. De Nederlandse uitdrukking mist een deel: je kunt wachten tot Sint Juttemis, als de koeien op het ijs dansen. Juttemis is de koosnaam voor St. Judith. Haar naamdag valt op 17 augustus. De kans dat er dan ijs ligt, is erg klein. (Maar je weet het natuurlijk nooit, met de klimaatverandering and what not.)
  • We reap what we sow – Wat men zaait, zal men oosten. Bijbelse uitdrukking.
  • To sort the wheat from the chaff – Het kaf van het koren scheiden. Doen ze in Engeland ook.
  • To look for a needle in a haystack – Naar een naald in een hooiberg zoeken. Tegenwoordig zeggen mensen ook wel: ‘It’s like looking for Waldo.’
  • To put out to pasture – Iemand met pensioen laten gaan. Als boerderijdieren te oud worden om te werken, bijvoorbeeld om een kar voort te trekken, dan worden ze in de wei gezet. Figuurlijk gezien doen we dat ook wanneer we iemand ontslaan die daarna geen baan meer zal vinden.
  • What’s good for the goose is good for the gander – Gelijke monniken, gelijke kappen. Al in de 16e eeuw gebruikte men deze uitdrukking. Voor de nieuwsgierigen onder ons: een ‘gander’ is een mannelijke gans. Ik heb het even opgezocht.
  • To buy a pig in a poke – Een kat in de zak kopen. Het woord ‘poke’ komt van het Franse poque. Zet er het verkleinwoordje ‘ette’ achter en je hebt een woord dat lijkt op ‘pocket’. Dit is een mooi voorbeeld over de ‘verlatijnsing’ van de Engelse taal. De betekenis heeft de volgende achtergrond: als je een kat (of varken) in een zak koopt, zie je niet wat je koopt. Het kan dus ook een dier van minder waarde zijn. Het is daarom verstandig om de kat uit de zak te halen: ‘to let the cat out of the bag’. In het Nederlands klap je uit de school: je verklapt een geheim.
  • To turn a sow’s ear into a silk purse – Ergens een puinhoop van maken. Het idee is dat je van het oor van een varken niets moois kan maken; alleen een rommeltje. De uitspraak wordt ook wel ingekort tot ‘To make a pig’s ear. Ik vind de 16e-eeuwse variant wel mooi eigenlijk.
  • Your room is a pigsty – Je kamer is een varkensstal. Ook in Engeland maken de varkens er een puinhoop van.
  • It has gone haywire – Het gaat mis, het loopt uit de hand. De uitdrukking is ontstaan aan het begin van de 20e eeuw. Op het land werd een dun soort draad gebruikt om balen hooi bij elkaar te houden: haywire. Bedrijven gingen deze draad echter ook gebruiken om snelle, niet lang standhoudende reparaties mee te doen.
  • To go against the grain – Tegen de stroom ingaan. Oftewel, iets doen waar anderen het niet mee eens zijn. ‘Grain’ heeft als meest voorkomende vertaling ‘graan’. Maar het lijkt erop dat ze hier verwijzen naar het minder gebruikte woord ‘nerf’. Als je hout schuurt en je gaat tegen de nerf in, dan wordt het niet mooi.

Zoals gezegd is deze opsomming een greep uit het totale aantal ‘groene uitdrukkingen’. Ken jij een Engelse (of Nederlandse!) uitdrukking die je hier aan kunt toevoegen? Dan hoor ik het graag!

Bronnen: